Fresku

Eerst wil hij zanger worden. Daarna droomt hij van carrières als boekenschrijver, tekenaar en acteur – allemaal nog voor hij de middelbare school heeft afgerond. Het moge duidelijk zijn: al op jonge leeftijd weet Roy Michael Reymound (Eindhoven, 26 oktober 1986) dat hij niets voelt voor een gewone kantoorbaan. Hij wil zelf creëren. Maar nooit ziet hij een dergelijke loopbaan als een reële toekomstmogelijkheid. Als hij op zijn veertiende begint te rappen, is dat dan ook voornamelijk voor de grap. Maar stukje bij beetje wordt hij serieuzer, en op zijn twintigste vormt hij met Karimineel de groep Zwarte Schapen. Ondertussen maakt Fresku met enkele vrienden – onder meer regisseur Teemong – ook steeds vaker persiflerende filmpjes die hij op internet zet. En uiteindelijk volgt, eind 2008, op beide gebieden de doorbraak. Enerzijds wordt de meligheid van het typetje Gino Pietermaai door honderdduizenden mensen omarmd, anderzijds zetten de openhartige nummers ‘Brief Aan Kees’ en ‘Twijfel’ Fresku meteen op de kaart als een unieke, persoonlijke rapper.

Die combinatie van grappig en serieus, van knipoog en oprechtheid, kenmerkt Fresku’s werk. Als in 2009 debuutalbum ‘Fresku’ verschijnt, wordt dit onderstreept: de eerste single ‘Ik Ben Hier gaat bijvoorbeeld over Fresku’s moeilijke jeugd en al zijn onzekerheden, terwijl de video Kutkop juist een humoristische, grofgebekte Fresku toont. Die combinatie van uitersten slaat meteen aan – en in één klap behoort Fresku tot de top van de Nederlandse hiphop. Zelf omschrijft hij de tijd sinds zijn doorbraak als een ‘droomvlucht’. Er volgen lovende recensies, talloze optredens, meerdere State Awards, nominaties voor een 3voor12 Award en 3FM Awards.

Geleidelijk laat Fresku zich steeds meer zien via andere kunstvormen. Hij wil een verhaal vertellen, of dat nu is door middel van muziek, film, columns, seminars of workshops maakt hem niet uit. Zo maakt hij eind 2011 zijn officiële debuut als acteur in de bioscoopfilm New Kids Nitro, heeft hij met onder meer Gino Pietermaai een vaste rubriek op televisie, en verschijnen er nog talloze sketches en filmpjes online.

Muziek blijft voorlopig echter de hoofdmoot. In 2012 verschijnt ‘Maskerade’, Fresku’s tweede album, waarmee hij definitief laat zien niet zomaar een rapper te zijn, maar een verhalenverteller. De gastenlijst is in dat opzicht veelzeggend: Fresku laat zich niet assisteren door collega-rappers, maar door zangeressen als Izaline Calister en zelfs cabaretier Theo Maassen. Ook dit album wordt veelvuldig geprezen en slaat aan, waarna Fresku even lijkt uit te groeien tot een alomtegenwoordige media-persoonlijkheid. Hij kiest echter voor de Eindhovense luwte, en met vaste compagnon Teemong – die voor de verandering het hele album produceert – werkt hij rustig maar gestaag aan Nooit Meer Terug.

Dit derde album is bij voorbaat al een van de meest besproken Nederlandse hiphopalbums van 2015. Het ligt in het verlengde van zijn twee voorgangers. Opnieuw wisselt Fresku gretig en gedurfd af tussen humor en openhartigheid, tussen komische kwinkslag en serieuze vertelling – waarbij het accent misschien wel meer dan ooit op de ernst ligt. Zelf omschrijft Fresku ‘Nooit Meer Terug’ als een album dat vooral over angst gaat: angst om als artiest niet meer mee te tellen, om teveel projecten tegelijk te willen, om als vader tekort te schieten, om niet mee te komen in de Hilversumse media-wereld. (“Het spel is vies,” rapt hij niet voor niets op de titeltrack) Ondertussen denkt hij alweer zijdelings aan nieuwe projecten, aan de film die hij met Teemong wil maken, aan de workshops die hij moet geven. Maar de hoofdmoot is en blijft muziek, met Nooit Meer Terug als voorlopige kroon op zijn werk.